Zaterdag vond de Géants des Ardennes plaats, een cyclosportieve tocht van 154 kilometer over maar liefst 13 hellingen. Vol zelfvertrouwen trok ik naar Luik om de uitdaging aan te gaan. 154 kilometer kan toch geen probleem zijn? Ik heb de laatste tijd toch voldoende kilometers gereden om dit succesvol te beëindigen? Tilf – Bastogne – Tilf moet met zijn 250 kilometer toch veel zwaarder zijn?
Om eerlijk te zijn, ik heb het toch lichtjes onderschat. Vooral de eerste zeventig kilometer waren slopend: de ene beklimming na de andere. Beklimmingen van vier kilometer lang waren geen uitzondering, maar eerder de regel. Bovengekomen zie je dan een bordje staan waarop vermeld staat dat de volgende beklimming er aan komt binnen drie kilometer … Tussen de beklimmingen was het bovendien ook altijd bergop en bergaf, ik denk dat ik geen kilometer plat gehad heb …
Door de opeenvolging van beklimmingen raakte ik eigenlijk nooit in een goed ritme. Ik ging wel vlot naar boven, en nog vlotter naar beneden, maar na zeventig kilometer dacht ik, amai, als dit zo blijft duren, ga ik nog afzien. En de regen was ook geen bondgenoot …
De tweede helft van het parcours was echter veel gemakkelijker. Slechts vijf beklimmingen te gaan, al eens plat, waardoor het eigenlijk veel beter begon te gaan. Na een dikke vijf uur kwam ik dan ook aan de finish, uitgeregend, maar tevreden!